Hans Thedinga woont al bijna zijn hele leven in Emmen, waar hij samen met zijn broer de Fordgarage voortzette van zijn vader en oom. Die was opgericht door zijn opa Johannes Thedinga, geboren 11 april 1881 te Vriescheloo, als zoon van de smid Berend Alberts Thedinga. Zijn roots liggen dus in Westerwolde en daarom werd hij via secretaris mevrouw Hiskes al in 1983 lid van de Vereniging voor Genealogie en Historie Westerwolde, de voorloper van de huidige Historische Vereniging. Beide wereldoorlogen – en de periode daartussen – speelden in zijn familie een belangrijke rol. Sandra de Regt noteerde zijn verhaal.
door Sandra de Regt
Op 28 juli 1914 breekt de Eerste Wereldoorlog uit. Deze duurde vier jaar. Het was een roerige periode. Nederland bleef neutraal, maar het leger werd wel gemobiliseerd. Gebeurtenissen die tijdens die mobilisatie in Westerwolde plaatsvonden, waren voor Hans Thedinga uiterst belangrijk. Sterker nog, als deze niet hadden plaatsgevonden, was hij er helemaal niet geweest en had hij dit verhaal niet kunnen vertellen.
‘Liefde zegeviert zelfs in de meest duistere tijden van oorlog’
Liefde ten tijde van oorlog
Tijdens de mobilisatie in Bourtange, leert een van de soldaten een jong meisje uit de omgeving kennen. Zijn naam was Lammert Jan Vos uit Voorst, geboren op 17 juli 1894. Hij leerde Lientje Timmer uit Sellingen kennen. Zij was geboren op 19 december 1892. “Haar ouders hadden daar een boerderij annex café”, vertelt Hans. Liefde zegeviert zelfs in de meest duistere tijden van oorlog. “Ze kregen verkering en trouwden in Vlagtwedde. Daarna gingen ze in Bourtange wonen”, voegt hij eraan toe.
Mobilisatie in Bourtange
Uit dit huwelijk werd op 1 november 1917 Lena
Anna Vos geboren. Zij werd later de moeder van Hans. “Het einde van de mobilisatie zal voor haar wel vastgelegd zijn op de gevoelige plaat”, vertelt hij en doelt op een zwart-witfoto van een groep mannen in uniform. “Het zal ongeveer 100 jaar geleden zijn dat de foto gemaakt werd. De foto komt uit het album van mijn moeder Lena Anna en heeft als onderschrift: ‘Mobilisatie Bourtange’.”
Hans Thedinga vervolgt: “De naam en het nummer van dit detachement in Bourtange zijn mij niet bekend. Ik heb opa Vos er ook nooit over horen vertellen. Op de tweede rij van onderen zie je opa Vos zitten, met de armen over elkaar. Het staande meisje met knuffel is mijn moeder Lena Anna. De anderen zijn mij onbekend.” Thedinga valt nog een aantal andere dingen op aan deze foto. “Behalve nog een kleine rakker in het midden, valt op dat er veel rokers zijn. En het houten mannetje midden onder, en midden boven de soldaat met kip of haan.” We vragen ons af of dit misschien mascottes waren.
Na de mobilisatie: onderwijs
Na de mobilisatie kwam Lammert Jan Vos als onderwijzer op verschillende plaatsen in het land terecht. “Na het behalen van diverse aktes ging opa Vos lesgeven op de ULO (Uitgebreid Lager Onderwijs) in Ter Apel als leraar Nederlands en Engels. “Directeur was toen de heer Liefhebber”, vertelt Hans. De ULO-school werd in gebruik genomen rond 1920 en stond aan de zuidzijde van de Heemker-Akkerstraat. Op deze plaats bevindt zich nu ongeveer de brandweerkazerne. Jan Liefhebber, veertig jaar na zijn overlijden nog steeds een bekende naam in Ter Apel, was maar liefst 23 jaar hoofd van de school. Toen in 1955 het schoolgebouw te klein werd, werd besloten om de ULO voort te zetten in een gebouw op de Bentlagestraat. Tevens was opa Vos directeur van de Handels Avond School in Ter Apel en bekleedde hij diverse functies in het verenigingsleven.
Wonen in Ter Apel
De familie Vos woonde ook in Ter Apel. Hans Thedinga: “Aan de Stationsstraat naast de familie Lamfers. Die hadden een bakkerij op de Hoofdkade, later beter bekend onder de
naam bakker Bruinsma. In de straat stond ook de busgarage van de bekende firma Bergman”.
Deze autodienst werd opgericht op 1 mei 1932. De eerste bussen reden tussen Ter Apel en Stadskanaal. De reis duurde een uur. Ook was er een lijn Ter Apel – Emmen, waar Hans meermalen gebruik van gemaakt heeft om bij opa en oma op bezoek te gaan. Eens, tegen
Sinterklaastijd stapten bij het 1e Kruisdiep een
Sint met Piet in de bus tot grote vreugde van de passagiers. Ze gingen ook nog zingen. Maar even verder op bij het 3e Kruisdiep stonden nog een Sint met Piet! Deze werden door de
chauffeur voorbij gereden tot nog grotere hilariteit van de busreizigers. Hans, nog vol in het geloof, heeft dat toen niet begrepen.
Tegenover het huis van de familie stond de garage Wolbers. Hij kan zich nog goed herinneren dat zoon Koos automonteur was en vader taxichauffeur. Ze maakten ritten met schippers uit het Duitse Haren naar Nederlandse havens. “Iets verderop was de grote hal van Hekman Transport. Daar schuin tegenover stond de oude ULO van opa. Nog verder noordwaarts, voorbij het station, lag ‘Moekesgat’. Een groot natuurbad met badmeester Geert Fietje. Hier kon je heerlijk zwemmen en zelfs roeien, zo groot was het daar!”, vertelt Hans vol enthousiasme.
Tweede Wereldoorlog
Tijdens de Tweede Wereldoorlog, die in Nederland begon in 1940, trouwde de moeder van Hans. Lena Anna, dochter van Lientje Timmer, gaf op 27 januari 1944 in Sellingen het ja-woord aan Forddealer Albertus Thedinga uit Emmen. “Uit dit huwelijk ben ik, Johannes, op 19 oktober als eerste kind geboren”. Ook dit huwelijk werd voltrokken in oorlogstijd, maar dit maal bleef Nederland niet buiten schot. “Op de auto’s lagen gasflessen door het te kort aan benzine. Ook waren de koplampen geblindeerd.“
Verplichte verduisteringsmaatregelen werden gedurende de bezetting in Nederland in de Tweede Wereldoorlog door de Duitsers ingevoerd. Deze maatregelen voorkwamen dat de geallieerde bommenwerpers hun weg naar Duitsland zouden vinden. Burgers waren verplicht om ramen af te schermen met zwarte verf of zwart papier. Ook straatverlichting werd niet meer ontstoken en lampen van auto’s en fietsen mochten maar weinig licht uitstralen. Ook was er ’s avonds na acht uur zogenaamd spertijd, dan mocht je niet meer de straat op.
Na de oorlog
“Na de HBS in Emmen kwam ik voor mijn dienstplicht bij de cavalerie, huzaren van Sytsema, lichting 1964-2 in Amersfoort en paraat in ’t Harde” vertelt Hans. “Daarna heb ik de HTS-autoschool gedaan in Apeldoorn. In 1970 kwam ik in onze garage werken, waar mijn jongere broer Jan, die niet in militaire dienst hoefde, reeds onder commando van onze vader de autoafdeling leidde.” Hans kreeg daarnaast ook de tractorafdeling onder zijn hoede. In september 1980 verhuisde het bedrijf uit het centrum van Emmen naar de
rand van het industrieterrein. “Toen Ford Motor Company eind 1997 wereldwijd zijn tractorbusiness verkocht aan FIAT werd onze
tractorafdeling opgeheven en ben ik verder gegaan in onderdelen voor Ford Veteranen. Tot op heden. De autozaak is in 2000 overgegaan naar de Mazda dealer, maar het Shell benzine station staat er nog.” ¦
Dit artikel verscheen in juli 2020 in Terra Westerwolda.

en vooraan staand in het witte jurkje Lena Anna Vos.