door Gert Meulman
Dit keer zijn we in Sellingen en wel in de torenstraat. De oude prent geeft een beeld van hoe het eruit zag begin vorige eeuw. We zien hier een nog onverharde torenstraat met op de achtergrond het prachtige hervormde kerkje van Sellingen, wat daar ooit gebouwd werd omstreeks het jaar 1300.
In dit streekje maar niet op deze oude prent zichtbaar stond vroeger het huis van de enige joodse familie die Sellingen in die tijd kende, de woning van het gezin van Simon From. Simon kreeg samen met zijn vrouw Roosje Kosman het rijke aantal van zeventien kinderen. Roosje was pas 42 jaar toen zij dit grote aantal kinderen al gebaard had. Toen Simon op het gemeentehuis zijn zestiende kind aangaf, moest de toenmalige wethouder, een rijke boer, lachen om de vruchtbare vader. De boer beloofde een dikke vette koe als Simon zijn zeventiende kind zou aangeven, en aldus geschiedde een jaar later. Vader Simon telde iedere avond de klompen om zeker te weten dat al zijn kinderen binnen waren. Simon werd voor de tijd waarin hij leefde best wel oud, hij werd 88 jaar (1839-1927). Samen met zijn vrouw Roosje (1846-1904) ligt hij begraven op het jodenkerkhof in het Hebrecht. Nog niet zo lang geleden werd tijdens werkzaamheden op en rondom het kerkhof de grafsteen van Simon teruggevonden en is deze teruggeplaatst naast die van zijn Roosje. Het trieste van het hele verhaal is dat er negen van hun kinderen later als volwassen mensen zijn vermoord en vergast in Sobibor en vooral Auschwitz. Drie van hun kinderen overleden vroeg in hun eerste levensjaren. Vier kinderen kwamen op een normale wijze aan hun eind. Het veertiende kind was een zoon genaamd Benjamin, roepnaam Bennie, deze had nog een slagerij in Sellingen op de plek waar later o.a. Veerbeek zijn vlees verkocht. Bennie trouwde met Roelfina, roepnaam Fiene, een dochter van veldwachter Mulder en verloor later op 48-jarige leeftijd (1884-1933) zijn leven door verdrinking. Hij had een koe gekocht en zoals het toen normaal was werd de koop beklonken in een café. Dit gebeurde in een café op Zandberg en het verhaal wil dat Benjamin na deze afhandeling met zijn fiets in een dichtbij gelegen kanaal terechtkwam en verdronk. Vreemd aan de zaak was dat Bennie nadat ze hem vonden zijn gouden horloge en zijn portefeuille kwijt was. Bennie was door zijn huwelijk met een niet-joodse vrouw zogenaamd ontjood en ligt begraven op het kerkhof in Sellingen. Zijn vrouw Roelfina werd 92 jaar oud en overleed in 1982. Ze ligt niet naast Benjamin, zij werd gecremeerd.
Op de oude ansicht staat geheel rechts een zoon van Simon en Roosje, Alex From. Alex was later waarnemend rabbi van Bourtange. Alex was één van de negen nazaten van Simon en Roosje die omkwamen in de gaskamers. Simon en Roosje hadden in hun woning naast alle kinderen een snoepwinkeltje met daarnaast een handel in stoffen. Ook werden er nog varkens en schapen geslacht. Het huis op de voorgrond is die van kleermaker Kruize. Naast Alex From staat een dochtertje van Eelsing, Geertje, die in een boerderij aan de andere kant van de weg woonde. In deze zelfde boerderij woonden later nog de families Harm Alting en Rieks Meijer, die ook nog koster van de kerk was. Later is de boerderij afgebroken. Naast Geertje staat een dochter van de Sellinger veldwachter Roelof Mulder, die zelf samen met zijn vrouw even verderop staan. Mulder zijn vrouw was in die dagen ook de vroedvrouw voor het dorp Sellingen en zijn omgeving. De verdere personen op de oude prent zijn de dochter van Simon en Roosje, Aaltje, een zoontje van Kruize, Geesje Kruize en vader Kruize die in stramme houding naast het huis staat. De wagen is van bode Tammes en het jongetje die aan de kant van de zandweg zit is Egbert Kruize. Achter het huis van Kruize is nog het schuine dak te zien van de woning van veldwachter Mulder.